Heggen

Naast talrijke inheemse boomsoorten zijn er ook veel verschillende struiksoorten in onze streek. Deze onderscheiden zich van de bomen door hun geringere hoogte en door de ontbrekende, kale stam.

Tot de bekendste struiksoorten behoren de eenstijlige en de tweestijlige meidoorn, de rode en de zwarte vlier, de wilde lijsterbes en de hazelaar. Minder vaak zie je soorten als de hulst, het sporkehout, de hortensia of de hondsroos.

De inheemse struiksoorten kom je het vaakst tegen in de vorm van heggen. In het agrarische gebied vormen ze een belangrijk bestanddeel van het landschap in onze streek. In het buitengebied bestaan deze heggen vaak uit meidoorn, binnen de bebouwde kom vaak uit beukenplanten. Beide heggenvormen dienen in de eerste plaats ter afbakening van landbouwpercelen en tuinen.

Doordat het bij deze hegvormen meestal om geschoren heggen gaat, die jaarlijks worden geknipt, kunnen ze verhoudingsgewijs weinig bijdragen aan de biodiversiteit. In tegenstelling hiertoe staan  wildgroeiende gemengde heggen, die, afgezien van hun afbakenings- en landschapsfunctie, ook de soortenrijkdom ten goede komen.

In dit deel van het arboretum vindt u verschillende vormen van gemengde heggen, die zeer uiteenlopende functies vervullen:

ladybug-722783_640
1. Insekten-heg

Insecten kunnen in de tuin en in de groententeelt een ware zegen zijn. Lieveheersbeestjes en oorkruipers bij voorbeeld kunnen honderden bladluizen per dag opruimen. Deze insectenrijkdom kan door een heg bevorderd worden. De heg biedt een onderkomen aan de bladluiseters en is een voedselbron voor rupsen. Haagbeuken en hazelaars bieden plaats aan veel nuttige insecten.

pasture-80257_640
2. Biomassa-heg

Deze heg dient in de eerste plaats voor de hout- en biomassaproductie. Ze kan elke 5 tot 10 jaar steeds weer afgezaagd worden, of teruggesnoeid tot een hoogte van ongeveer 1 meter.Hiervoor kiest men vooral snelgroeiende struiken en bomen, die na het snoeien snel weer uitlopen. Hiertoe behoren bijna alle wilgensoorten, maar ook de hazelaar en de lijsterbes.

blackbird-3906362_640
3. Vruchten-heg

Deze gemengde heg biedt een beschermde leefomgeving voor vogels en kleine zoogdieren en voorziet hun in de winter van voer in de vorm van bessen. Hier mogen struiken als lijsterbes of vlier niet ontbreken. Maar ook de els en de hortensia produceren vruchten, die vruchteneters in de winter tot voedsel kunnen dienen.

willow-catkin-502575_640
4. Bloesem-heg

Ze bestaat uit struiksoorten die bijna het hele jaar door nectarrijke bloesems voortbrengen: de hazelaar en de boswilg, die heel vroeg in het jaar bloeien of ook het sporkehout en de hondsroos, die meer in de zomer floreren. De bloesem-heg kan worden aangevuld met klimop, die pas in september en oktober bloeit en zo de bijen nog laat in het jaar nectar biedt.

IMG_0701
5/6. Anti-erosie-heg

Terrein dat op een steile helling ligt, kan bij sterke regen gaan wegglijden, hetzelfde geldt voor geploegd akkerland. Ook in dit geval kunnen heggen hulp bieden, doordat ze parallel aan de helling geplant de bodem vasthouden. Aanplantingen in meerdere rijen dicht op elkaar en een intensieve snoei bevorderen de wortelgroei en de verdichting van de heg. Hiervoor worden natuurlijk struiksoorten ingezet, die een sterke terugsnoei goed verdragen en daardoor de wortels versterken. Hiertoe behoren bij voorbeeld verschillende wilgensoorten, hazelaar en vlier.

Een project van de lokale commissie voor plattelandsontwikkeling
in samenwerking met de gemeente Büllingen, de LAG 100 dorpen – 1 toekomst en met het Natuurpark Hoge Venen – Eifel.

Europäischer Landwirtschaftsfonds für die Entwicklung des ländlichen Raums:
Hier investiert Europa in die ländlichen Gebiete.